70 jaar PvdA – terug naar de toekomst
Op 9 februari 2016 bestaat de PvdA 70 jaar. De Universiteit Leiden organiseerde ter gelegenheid daarvan een symposium met historici en politicologen, geleid door Henk te Velde.
Van Marx en Tak tot Kok en Bos
De Leidse historicus Adriaan van Veldhuizen ziet in de sociale media vele uitingen dat ‘de sociaal-democratische beginselen door de PvdA zijn weggegeven’, maar de beweging is nooit homogeen geweest. Karl Marx bleef ook in Nederland lang het uithangbord van links, terwijl het politieke programma allang was veranderd. Vanaf het ontstaan van de SDAP waren er tal van stromingen vertegenwoordigd: niet alleen de vakbeweging, maar ook culturele verenigingen (zoals toneel- en muziekclubs) sloten zich aan, verschillende geloven (christelijk, joods) en levensbeschouwingen (vegetarisme, natuurbescherming) dienden als inspiratie. En een liberaal als P.L. Tak kon hoofdredacteur van Het Volk worden. Dus niet pas sinds Wim Kok of Wouter Bos is er ook een sociaal-liberale kant, niet pas sinds Diederik Samsom een duurzame stroming in de Pvda.
Politieke promiscuïteit
Zijn Groningse collega (en redacteur van de jubileumbundel) Gerrit Voerman analyseert dat de ideologie van de PvdA is veranderd in een aantal onderscheiden perioden. Van pragmatische coalities binnen en buiten het parlement (1946-1965 Drees) via ideologisch polariserend (1965-1985 Den Uyl) naar consensus in ‘paars’ en de ‘derde weg’ (1985-2001 Kok). Dit is te herleiden tot ontwikkelingen in de Nederlandse maatschappij, met parallellen in het buitenland.
De huidige periode wordt gekenmerkt door veranderlijk leiderschap en ongemakkelijke coalities. Met een achterban die opschoof van arbeiders naar middenklasse en ‘nieuwe vrijgestelden’ groeide de isolatie ten opzichte van vroegere partners in de maatschappij, zoals ooit vakbeweging en rode familie. Politieke ‘promiscuïteit’ (wisselende partners, wisselende leiders) maakt het profiel van de PvdA voor de kiezers vaag. De aanhang (en het aantal kamerzetels, raadsleden, wethouders) loopt terug, zonder dat andere linkse partijen profiteren.
Geen normen maar waarden
Volgens Monika Sie, directeur van de Wiardi Beckman Stichting, zijn de begrippen bestaanszekerheid, culturele binding, verheffing, goed werk en zeggenschap nog altijd ‘van waarde‘. Dat blijkt zowel uit interviews als uit wetenschappelijk onderzoek. In een coalitie met liberalen botsen die beginselen: het sociaal contract staat onder druk door vrijheid voor de financiële sector en individualisering van werk en zorg. Is dan het alternatief voor deze coalitie het ‘eigen volk’-socialisme, waarbij herstel van de verzorgingsstaat wordt beloofd, maar langs lijnen van etniciteit of religie? Dat zien we niet alleen in Nederland bij Wilders, maar ook bij Orbán, Le Pen of Poetin. Ook voor de middenklasse en zelfs bij hoger opgeleiden staat bestaanszekerheid onder druk door de flexibilisering op de arbeidsmarkt. Anderzijds blijft voor lager opgeleiden niet slechts geld, maar ook zelfontplooiing en medezeggenschap nog steeds relevant.
We moeten volgens Sie het belang van de gemeenschap en lotsverbondenheid niet onderschatten. De reactie van partijvoorzitter Hans Spekman op ‘Van Waarde’ was: stuur politici minimaal 50% van hun tijd de straat op. Maar het project gaat over het realiseren van maatschappelijke waarden, niet om het opleggen van interne normen.
De rol van de WBS zal de komende tijd primair die van waakhond zijn: wat gebeurt er lokaal, in het sociale domein, bij zorg en arbeid? Weeffouten signaleren waar mensen in zwakke posities worden getroffen door (vaak stapeling) van maatregelen uit hoofde van rationalisatie. Verder staat de schijnwerper op de internationale vluchtelingencrisis en op politieke keuzes op de arbeidsmarkt.
Terug naar de historische opdracht
Solidariteit en emancipatie (ofwel verheffing), met oog voor ontwikkeling van gemeenschap en individu blijven belangrijk, vindt politicoloog en voormalig partijvoorzitter Ruud Koole. Lange tijd heeft de PvdA de middenklasse weten te vinden zonder de arbeiders kwijt te raken. De ‘derde weg’ met deregulering, privatisering, mondialisering verzuimde echter tegenwicht te bieden voor nadelen van het kapialisme. Dat zien we het sterkst in Engeland waar Tony Blair zei “we’re all middle class now” – vergeet het maar. Waar vroeger de arbeidersklasse arm, maar met velen was, voelt die zich nu gemarginaliseerd en geïsoleerd: zo maak je boze burgers.
Koole vervolgt: is maatschappelijk succes (in onze termen: verheffing) een keuze? Als je dat denkt, dan vervreemd je je van de lagere en middenklasse. Zeker nu veel werk wordt gerobotiseerd is niet meer gegarandeerd dat kinderen het beter zullen hebben dan hun ouders. Binding aan sociaal-democratische partijen is dan niet vanzelfsprekend. Maar hun rol is daarmee niet uitgespeeld, zie bijvoorbeeld het pleidooi van Piketty: organiseer opnieuw tegenkracht voor de markt en de solidariteit tussen klassen. Dat is niet eenvoudig, bijvoorbeeld door verschillende mening over minderheden en EU bij hoger en lager opgeleiden. Zie dit citaat van socioloog Jacques van Doorn (allesbehalve een sociaal-democraat): “niet alles wat waardevol is heeft een prijs en niet al wat te koop is, is ook van waarde.”
Tussen Pegida en Urgenda
Discussie met de zaal leverde vragen op als: is er ruimte op links voor samenwerking of zelfs om samen te gaan? Geven we niet te weinig tegenwicht tegen bewegingen als Pegida? En waarom lukt ons niet aan te sluiten bij het elan van Urgenda?
Arie de Jong merkt op dat de wens tot linkse samenwerking bij andere partijen momenteel niet sterk aanwezig is, er is nog te veel animositeit om onze politieke keuzes uit het recente verleden. Ruud Koole suggereert eerst samenwerking te zoeken op lokaal niveau en niet meteen te denken aan fusie. De Kamerfractie staat sympathiek tegenover de visie van Urgenda maar het kabinet heeft bezwaar tegen de gang naar de rechter om beleid af te dwingen.
Gerrit Voortman wijst erop dat andere partijen (CDA, GroenLinks) zijn ontstaan toen geen van de samenstellende delen op (grote) winst stond, daar is dus wel een parallel met nu. Volgens Henk te Velde zien kiezers niet eens zo veel onderlinge verschillen in de reeks partijen van D66 tot SP, uitgezonderd wellicht op het EU-dossier.
Henk te Velde: is keuze nu zo scherp: herstel of ondergang van de sociaaldemocratie? Monika Sie maakt zich ongerust over beloftes over behoud van de verzorgingsstaat en veiligheid alleen bij binding aan de eigen natie of religie en niet als politiek project waaraan iedereen kan meedoen: dat is eng – en economisch waarschijnlijk niet eens succesvol. Je kunt wel degelijk kiezen voor werkgelegenheid (en niet alleen marktwerking en efficiency) in de zorg, zie voorbeelden als dienstencheques uit België en Duitsland.
Adriaan van Veldhuizen besluit: de politieke marges zijn wel degelijk nog radicaal te verplaatsen op terreinen als flexwerk, energietransitie, of immigratie – dat kunnen nu de essentiële thema’s zijn, zoals dat 100 jaar geleden algemeen kiesrecht en de 8-urige werkdag waren.