4 april 2018

Debat over verkiezingsuitslag

[De bijdrage van Jochem Streefkerk start vanaf 30:30.]

Voorzitter,

Dit is een bijzonder moment, want dit is de eerste keer dat ik hier sta. Mijn maiden speech. De eerste keer in de raad en direct ook de eerste keer als fractievoorzitter. En alhoewel het voor mij persoonlijk bijzonder is om hier de eerste keer te staan, is het ook bijzonder dat ik deel mag uitmaken van een mooie driepersoonsfractie. De PvdA heeft op 21 maart een uitslag behaald waar wij in deze afdeling ongelofelijk trots op zijn en ook dankbaar zijn voor al die stemmen die op onze kandidaten zijn uitgebracht. Het was een teamprestatie en het geeft heel veel energie om op basis van zo’n resultaat nu voor vier jaar het vertrouwen te krijgen om onze stemmers en inwoners te vertegenwoordigen. Ik zeg dus dank aan al die mensen die ons hun vertrouwen hebben gegeven.

En ik ben verre van het enige nieuwe raadslid. Alhoewel de zetelverdelingen niet eens zo enorm zijn veranderd, is er wel een grote wisseling in de wacht waar het gaat om raadsleden. Ongeveer tweederde van de raadsleden zat in de vorige periode niet in de raad en dat brengt zo zijn eigen aandachtspunten mee. Dat vraagt om balanceren en dat vraag om goed inwerken. En dat alles nog ongeacht de vorm van onderhandelingen, het soort van programma dat er gaat komen of de partijen die bij het opstellen van dat programma betrokken zijn. “Wij”, en dan spreek ik maar als onderdeel van de groep nieuwe raadsleden, zoeken naar inhoud – natuurlijk vanuit onze eigen programma’s – en naar verhouding – onderling, in goede sfeer. De start die daarin door de griffie wordt geboden, middels inwerkdossiers en inwerkingbijeenkomsten is daarin heel prettig. Dank dus ook daarvoor aan de griffie.

Voorzitter, dat brengt mij tot het onderwerp van deze avond. Hoe verder? Ik noemde al even dat er in de zetelverdeling niet eens zo heel veel is verschoven. Dat maakt deze uitslag juist zo interessant en maakt ook dat de stappen die we na vanavond zetten om zorgvuldigheid vragen. We hebben een voordracht gekregen voor een externe verkenner, in de persoon van Jan Anthonie Bruijn. Het initiatief heeft in deze fase gelegen bij de VVD, zoals dat ook hoort, nu de VVD als grootste partij uit de verkiezingen tevoorschijn is gekomen. Ook de Partij van de Arbeid heeft vertrouwen in de heer Bruijn en wij onderschrijven de voorgestelde opdracht, om hem te verzoeken om rechtstreeks aan de raad advies uit te brengen. Het is vervolgens aan ons als gemeenteraad om verdere vervolgstappen te bepalen. Die “knip” in het proces draagt bij aan de zorgvuldigheid en brengt ook tot uitdrukking dat het de raad als geheel is waar uiteindelijk draagvlak moet bestaan voor het soort bestuur en het soort programma dat in de komende vier jaar centraal komt te staan.

 

Waar hecht de PvdA in de komende jaren aan? Wij vinden het belangrijk dat er nadruk wordt gelegd op de participatie van inwoners en ondernemers. Niet voor niets hebben we in ons programma extra aandacht gevraagd voor wijkinitiatieven, voor experimentele vormen van inspraak en voor zelfbeschikking door bewoners. En waar dat niet wordt opgepakt, heeft de overheid de taak om te bezien waar dat aan ligt en waar mogelijk betrokkenheid te bevorderen. Daarmee creëren we een inclusieve samenleving. Dat betekent ook dat de Partij van de Arbeid wil aansturen op een herkenbaar bestuursakkoord. En dus geen zouteloos, technocratisch raadsakkoord, waar de meeste keuzes uit verbannen zijn. Een goed bestuursakkoord kan niet anders worden gevormd dan op basis van vertrouwen, met ruimte voor meningsverschil en met ruimte voor debat. Zo’n bestuursakkoord is wat de Partij van de Arbeid voor ogen heeft.

En vertrouwen, dat moet niet alleen bestaan tussen coalitiepartijen, maar juist ook tussen coalitie en oppositie. Juist in het gesprek wordt de meerwaarde gevonden. Niet in de verdediging, niet in de aanval, maar in de samenwerking raadsbreed. Dat sluit ook aan op het voornemen om later vanavond een nieuw RvO vast te stellen, waarin het principe van debat en meningsvorming ook centraal staat. Laat dat de basis zijn voor het bestuur in de komende periode.

Ik kom tot slot nog even terug op een onderdeel uit de opdracht aan de heer Bruijn, namelijk om te zoeken naar mogelijkheden om een stabiel college te kunnen vormen. Met de nadruk dus op stabiel. En dat is niet altijd een gegeven, merkte ik ook als nieuw raadslid snel genoeg. Stabiliteit zoekt de Partij van de Arbeid dus niet alleen in een programmatisch coherent en herkenbaar bestuursakkoord, wij zoeken dat ook in de personele bezetting en samenwerking binnen het college en binnen de coalitie.

“Geheugen” is absoluut nuttig voor de continuïteit van het raadswerk, maar, geheugen moet de stabiliteit van het bestuur in de weg zitten. Onderhandelen en compromissen sluiten is een wezenlijk en waardevol onderdeel van onze democratie. En dat moet niet gefrustreerd worden door het verleden. Toegegeven, nieuwigheid is geen garantie voor innovatie, maar ervaring is ook geen garantie voor stabiliteit. En als wij dan als Partij van de Arbeid toch een duit in het zakje mogen doen. Wij hebben een uitstekende wethouder kandidaat die aan alle competentie-eisen voldoet.

Advies omtrent de samenstelling van het op te stellen programma en het te formeren bestuur is zeer wenselijk, zeker van deze beoogde informateur. Wij zien uit naar de adviezen op de vraag “wie zou er kunnen besturen” en de vraag “hoe kunnen zij dat het beste doen”. Nauw samenhangend, maar wel in die volgorde.

Wij zien uit naar de gesprekken met de informateur. Zowel de kennismaking, als de inhoudelijke verkenning. De Partij van de Arbeid bedankt hem bij voorbaat voor zijn beschikbaarheid en wenst hem succes met de werkzaamheden. Kortom, wij gaan graag akkoord met dit voorstel en zien ernaar uit om ons perspectief aan hem mee te geven.

Voorzitter, dank u wel.