Stompwijkseweg eindelijk aangepakt, PvdA tevreden
De PvdA is blij dat de Gemeenteraad eindelijk een besluit heeft genomen over het opknappen van de Stompwijkseweg. Na 20 jaar discussie gaat het eindelijk gebeuren: het opknappen van de Dr. Van Noortstraat, het renoveren van de Stompwijkseweg en het aanleggen van een verbindingsweg 1e en 2e fase. “Niet de goedkoopste oplossing, wel een duurzame. En eentje die in constructief overleg met de inwoners tot stand is gekomen!”, aldus PvdA-fractievoorzitter Marjan van Giezen.
Wel vond de PvdA, gesteund door de andere partijen, dat de Raad uiteindelijk moet bepalen welke variant zal worden uitgevoerd. En niet het college. Uit het Raadsbesluit bleek dat het besluit over de definitieve variant eenzijdig bij het College was neergelegd. Een unaniem amendement ingediend door de PvdA legde dit recht weer terug bij de Raad.
Twijfels had de PvdA nog over de staat van de Dr. Van Noortstraat. Hier wordt niet gekozen voor volledige herinrichting, maar voor een fikse opknapbeurt. Uit een onderzoek van DHV/Haskoning en uit de reacties van de inwoners bleek echter dat dit een veilige oplossing kan zijn.
Wel heeft de PvdA aandacht gevraagd voor een goede ruimtelijk inpassing van de 2e fase Verbindingsweg. Deze is nog in het ontwerp meegenomen, maar lijkt dwars door achtertuinen heen te gaan. Met goede inpassing moet het echter mogelijk zijn een nieuwe verbindingsweg aan te leggen, waardoor vrachtwagens én tractoren niet meer door de Dr. Van Noortstraat hoeven te rijden. Dat scheelt niet alleen veel gewicht op de weg, maar ook overlast langs de weg en het vergroot de veiligheid van fietsers en voetgangers.
De PvdA hoopt dat de uitvoering van dit grote project in even goede afstemming met de inwoners van Stompwijk zal verlopen. “Het was mooi om te zien hoe betrokken de inwoners waren. Zowel tijdens de avond in het Dorpshuis, als in de 234 zienswijzen als door de vele insprekers bleek een grote betrokkenheid maar ook realiteitszin. Mooi dat we daar nu een klap op hebben kunnen geven”, stelt Marjan van Giezen.